Lang na terugkomst uit Istanbul galmt de gastvrije chaos van deze fantastische stad nog na in mijn hoofd. Istanbul heeft de pracht van oude gebouwen en onlogische straten die je van een historische Europese stad kunt verwachten. Anders is dat in Istanbul veel naar boven kijken niet mogelijk is. De kans op afwezigheid van een putdeksel, in een geweldige verkeerschaos terechtkomen of opbotsen tegen een van de miljoenen inwoners is veel hoger. Deze levendigheid en spanning had ik totaal niet verwacht.
Mijn verwachtingen waren dan weliswaar niet hoog gespannen: mijn kennis over Turkije stopte vlak na wat politieke weetjes, geografische feitjes en döner kebab. Ik merkte echter al snel dat meer inlezen weinig zin had gehad: Istanbul is veel meer dan een stad die je ‘ziet’; het is een stad die je ervaart.
Alhoewel de bezochte historische gebouwen prachtig mooi en interessant waren, vond ik de weg naar deze plekken onwaarschijnlijk gaaf. Tientallen mensen die je op de meest creatieve manier iets willen aansmeren – ‘yes mam, I can help you spend your money’ – de ontelbare vissers op de Galatabrug die hun vangst meteen doorverkopen; de winderige overtocht, achtervolgd door hordes van zeemeeuwen, op de boot van het Aziatische naar het Europese gedeelte; al lopend de smaak Turks ‘streetfood’ ervaren van o.a. dolma’s (gevulde wijnbladeren), Sahlep (orchideeën drankje) tot Kokoreç (broodje met gegrilde schapendarm); de afwisseling van rijke en arme mensen en gebouwen om je heen; het lijstje is oneindig.
Na 8 dagen gefascineerd te zijn over Istanbul’s levendigheid was het weer tijd om naar huis te gaan. Nog lang niet uitgekeken stapte ik, ondanks de kennis over Turkije die döner inmiddels overstijgt, met nog meer vragen dan voorheen het vliegtuig in. Deze unieke, stokoude, levendige stad vol geheimen is een stad die je beleeft, opslokt en na afloop met een heus dipje in het eigenlijk best-wel-saaie Nederland achterlaat.
Gastblogje en foto van: Camilla van Wirdum